Schaangedennen als stapsteen voor de knoflookpad
Bij gevaar geeft hij een knoflookgeur af en overdag zit hij verstopt in de grond: we hebben het hier over de knoflookpad. Deze bijzondere kikker leeft in de Hunze, maar hij heeft het moeilijk. Met de inrichting van de Schaangedennen tot natuurgebied krijgt de soort meer leefruimte en neemt de kans op verdwijnen af.
“De knoflookpad is een van de zeldzaamste amfibieën van Nederland”, vertelt onderzoeker Richard Struijk van RAVON. Hij volgt het dier al 13 jaar in het gebied tussen Ees en Weerdinge. “Vroeger kwam de knoflookpad hier veel voor”, zegt hij. “Maar door schaalvergroting in de landbouw verdwenen poelen en houtwallen, waardoor de populatie sterk terugliep.”
Schaangedennen speelt sleutelrol
Toch herbergt Drenthe nog een van de grootste populaties van Nederland. Het gebied speelt daarom een sleutelrol in het behoud van de knoflookpad. “We willen een netwerk van deelpopulaties opbouwen die met elkaar in verbinding staan en elkaar zo versterken. De Schaangedennen wordt daarin een belangrijke stapsteen”, aldus Richard.
Optimale leefomgeving
Richard dacht vanuit zijn expertise mee over de plannen voor het gebied. “Er komen ruime poelen met ondiepe zones, waar kikkervisjes goed gedijen. Of beter gezegd ‘kikkervissen’, want ze worden wel 13 centimeter lang.” Ook stuifduinen en akkers maken deel uit van het plan. “Overdag graaft de knoflookpad zich daarin in.” Daarnaast komen er faunatunnels, zodat de kikker zich veilig kan verplaatsen naar omliggende gebieden.
Onderzoek cruciaal
Richard blijft onderzoek doen naar de knoflookpad. Dit levert belangrijke informatie op voor het beheer straks. Een van die studies kijkt naar de invloed van landbouwmachines op knoflookpadden die zich zoals gezegd in akkers ingraven. “Zo weten we welke machines we wanneer en waar het veiligst kunnen inzetten”, zegt Richard. Hoe ziet hij de toekomst? “Ik hoop dat de kikkers de poelen goed weten te vinden om zich voort te planten en dat we straks een gezonde, groeiende populatie hebben.”