Extra aandacht voor graafschade tijdens hoog water


Natuur- en waterbeheer gaan niet altijd door één deur. De bever bijvoorbeeld, floreert sinds 2008 in het Hunzedal. Al snel werd duidelijk dat bevers ook daar schade aan kunnen richten. Marc Rothengatter werkt bij waterschap Hunze en Aa's en is verantwoordelijk voor het muskusratten-en beverbeheer in het Hunzedal. Door het hoge waterpeil deze winter, voert zijn team extra controles op dijken en kades uit. “Bevers zijn prachtige dieren, maar op een dijkdoorbraak zit niemand te wachten.”

De Hunze is voor een groot deel de afvoerleiding van regenwater uit Drenthe. Via het Zuidlaardermeer stroomt het naar de Dollard en vervolgens naar zee. Het dal is één groot open systeem en fungeert als extra buffer voor natte tijden, zoals afgelopen maanden. Tijdens de verschillende stormen regende het 55 millimeter in twee dagen. Die hoeveelheid valt normaal in een maand. Daarnaast zorgden de stormen ervoor dat het water in de Dollard nauwelijks naar zee kon stromen. Het waterpeil in het Hunzedal was daardoor ongekend hoog. “Wij moeten ervoor zorgen dat kades en dijken stevig zijn om het water in het dal te houden. Bevers graven in één nacht moeiteloos een hol van acht meter diep. Dat kan gevaarlijke situaties opleveren. Daarom controleren wij tijdens hoog water extra op graafschade”, vertelt Marc.

Holen zoeken met sonarsysteem

Het inspecteren van de dijken is een hele taak. “Omdat de ingang van de holen onder het wateroppervlak zit, is moeilijk te zien waar de bevers graven. We gebruiken boten met een sonarsysteem om de holen te lokaliseren. Vervolgens zetten we stokken voor de ingang. Als de holen bewoond zijn, vinden we de stokken doorgeknaagd terug. We hebben met de provincie afgesproken dat we daarna vijf dagen wachten. Als we dan nog geen beveractiviteiten zien, graven we de holen voorzichtig open, om ze weer op te vullen met aarde.” Marc heeft nog nooit meegemaakt dat een hol bewoond was. “Bevers graven vaak een hol voor één of twee dagen. Dit doen zo vooral in de winter, om uit te rusten. Daarna gaan ze weer verder.”

Gaas in de grond

Sinds oktober 2021 test het waterschap een nieuwe methode van dijkbeheer. “Op een proefstuk van 400 meter hebben we gazen matten in de grond gezet. We monitoren of de bevers de kades hierdoor met rust laten. Deze methode is in Oost-Duitsland, in een gebied dat erg op het Hunzedal lijkt, al jaren een succes. We monitoren twee jaar of het gaas ook in de Hunze werkt. Vooral op plekken waar dijken direct naast de watergang staan, denk ik dat we het gaas gaan inzetten.”

Marc vindt het interessant om nieuwe technieken toe te passen. “De afwisseling in mijn werk is groot. Het is leuk om oplossingen te verzinnen. Het is fijn dat het zo goed gaat met de bever, maar we moeten wel realistisch blijven. Hoe meer bevers erbij komen, hoe meer graafschade we krijgen. Mijn team kan niet overal tegelijk zijn. Ik hoop dat de gaasmethode uitkomst biedt.”